Linguine met paksoi en champignons.

Snij de paksoi in heel fijne reepjes, zowel de bladeren als de steeltjes. Snij het rode pepertje in 2, verwijder de zaadjes en snipper fijn.

Kook de linguine beetgaar in lichtgezouten water (kooktijd: zie verpakking).

Pluk intussen de blaadjes basilicum (hou er enkele apart voor de afwerking) en doe ze in een hoge beker samen met het knoflook, de helft van het rode pepertje, 2/3 van de pijnboompitten en 4 el olijfolie (voor 4 personen). Mix tot een gladde pesto. Kruid naar smaak met peper en zout.

Verhit 2 el olijfolie (voor 4 personen) in een pan en bak de kastanjechampignons 5 min. op een hoog vuur. Kruid met peper en zout, haal uit de pan en hou even apart. Verhit de rest van de olijfolie in dezelfde pan en bak de paksoi en de rest van het rode pepertje ± 5 min. Kruid met peper en zout.

Giet de pasta af en vang 1 dl kookvocht op. Meng de pesto samen met het kookvocht, de champignons en de paksoi onder de pasta. Verdeel over de borden en werk af met blaadjes basilicum en de rest van de pijnboompitjes.